Goedkope duurlopers: 8 betaalbare smartphones met een grote accu

Oppo A5 2020 en A9 2020

Zelfs voor wie de markt volgt is Oppo’s productaanbod niet altijd even snel te doorgronden. Om de haverklap brengt de Chinese fabrikant weer nieuwe toestellen uit. De midrange A5 2020 en A9 2020 onderscheiden zich als de meest betaalbare opties met bovendien een grote 5000 mAh-accu. Blijkbaar sloegen die eigenschappen aan. De opvolgers voor de A5 2020 en A9 2020, de A52 en A72, hebben goeddeels dezelfde eigenschappen. (De eveneens nieuwe A92 heeft daarentegen juist een veel kleinere accu). Hoewel het design van de nieuwe A-serie is veranderd – de camera’s achterop zitten nu in een ‘camera-eiland’ en de frontcamera in een cameragaatje, terwijl de vingerafdruklezer naar de zijkant uitwijkt – wijzigt aan de specs haast niks, op twee belangrijke details na. De A52 en A72 bevatten nu een full hd-scherm en tevens is er nu ondersteuning voor 18 W snelladen, om de nog altijd 5000 mAh grote accu sneller vol te krijgen.

Ingrijpende software

Zoals bij het gros van de concurrentie is de behuizing van Oppo’s A5 2020 en A9 2020 gemaakt van plastic, hoewel de fabrikant een op het oog geslaagde poging doet om de indruk te wekken dat het toestel is gemaakt van glas en metaal. De centraal geplaatste cameramodule steekt zeker bij de A9 2020 redelijk ver uit de behuizing. Direct onder de camera’s zit de vingerafdrukscanner, die iets lager geplaatst had mogen worden, omdat je vinger snel per ongeluk op de lens belandt. Beide toestellen draaien nog steeds Android 9.0 met Oppo’s ColorOS-skin, die ingrijpende wijzigingen aanbrengt in de manier waarop het besturingssysteem werkt. Niet iedereen is daar evenzeer van gecharmeerd. 

Oppo’s A5 2020 heeft een lekker grote accu en snelle soc, maar de schermkwaliteit valt tegen.

Niet alleen van buiten ziet Oppo’s midrange-duo er hetzelfde uit: ook scherm, SoC en accu zijn hetzelfde. Gezien de A5 2020 met 179 euro één van de goedkoopste modellen is in het testveld, waar de A9 2020 met gemiddeld 220 tot 250 euro (afhankelijk van de kleur) juist het op één na duurste toestel is, maakt dat het goedkopere model op voorhand tot een interessantere deal. De Snapdragon 665 is op het prijspunt waarop de A5 2020 zich begeeft bijvoorbeeld een behoorlijk snelle chip, waarmee het toestel behoorlijk hogere benchmarkscores neerzet dan de Galaxy A21s en de (duurdere) Moto G7 Power.

Tegenvallend beeldscherm

Tegen de 250 euro wordt het echter een heel ander verhaal: dan blijkt de Redmi Note 8 Pro beduidend sneller. Jammer bij het goedkopere toestel is alleen dat Oppo wat heeft beknibbeld op het werkgeheugen (3 GB, waar je uitgezonderd de Samsung Galaxy A21s minstens 4 GB ontvangt). Voor het aanschafbedrag is dat wel te vergeven en hetzelfde geldt eigenlijk voor het matige beeldscherm, het duidelijkste bespaarpunt bij de A5 2020 en A9 2020. Het 6,5 inch grote paneel, omgeven door smalle randen en voorzien van een waterdruppelvormige notch, heeft een lage hd-ready resolutie en scoort op bijna alle testonderdelen ondergemiddeld. De kleurweergave valt tegen met hoge gemiddelde kleur- en grijsafwijkingen. De lage maximale helderheid van het paneel komt de afleesbaarheid buiten niet ten goede.

De duurdere A9 2020 kan zich vooral van de A5 2020 onderscheiden met een betere camera. Zo wordt de 12 MP primaire sensor van het goedkopere model ingewisseld voor een 48 MP ‘Quad Bayer’-exemplaar, terwijl de groothoeklens dubbel zoveel pixels telt. De laatste camera wordt bij beide toestellen eerder beperkt door de lens, die in de hoeken relatief veel onscherpte en kleurverschuivingen laat zien. Foto’s van de primaire camera’s vertonen, zoals we van Oppo kennen, een levendige kleurweergave en een uitgesproken hdr-implementatie – zeer geschikt voor social media, maar soms wat teveel van het goede. De 48 megapixel-sensor van het duurdere model maakt daadwerkelijk technisch geslaagdere foto’s als het gaat om dynamisch bereik en detail. 

De Oppo A9 2020 levert afbeeldingen met een breed dynamisch bereik en een erg verzadigde kleurweergave - soms wat teveel van het goede.

’s Nachts kan de A9 2020 bovendien bogen op een redelijk goed werkende nachtmodus, wat de A5 2020 moet missen. De fotokwaliteit van de A9 2020 is daarmee zowel overdag als bij weinig licht gewaagd aan die van de Samsung Galaxy M21, waarbij we als geheel nipt de laatste prefereren. Qua videoprestaties kunnen de twee Oppo-toestellen zich zeker niet meten met de Koreaan, hoewel de kwaliteit ook weer niet onverdienstelijk is – in dit testveld eerder gemiddeld. De A5 2020 is bovendien de goedkoopste smartphone in dit testveld met elektronische videostabilisatie.

Prima accuduur, maar trage lader

Qua acculooptijden gaan de A5 2020 en A9 2020 – zoals te verwachten gezien de overeenkomsten in hardware – redelijk gelijk op. Dat wil zeggen dat het duo in dit testveld gemiddelde resultaten boekt, die er noch in negatieve, noch in positieve zin uitspringen. Bij de vergelijking tussen de A5 2020 en de Samsung Galaxy A21s valt wel op dat het model van Oppo meestal net iets betere resultaten boekt.

De Oppo A9 2020 is voorzien van een betere camera dan zijn goedkopere broer.

Ondanks de lage schermhelderheid en resolutie hebben de twee het in onze videotest relatief gezien het lastigst, al staan ook dan nog wel looptijden van ongeveer 17 uur op de teller. De PCMark Work 2.0-accutest gaat de A5 2020 en de A9 2020 dan weer vrij goed af, waarbij het duo op de Moto G7 Power na het allerlaatst de geest geeft. Hoewel high-end Oppo-toestellen steevast supersnel opladen met dank aan de zelfontwikkelde ‘SuperVOOC’-technologie, blijft dit budget-duo helaas verstoken van enige snellaadfunctionaliteit. Met de povere 10 W-lader duurt het opladen bij de A5 2020 en A9 2020 wel heel erg lang: volledig vol kost bijna drieënhalf uur.