Intern
De zijpanelen van de Corsair Carbide 300R zijn bevestigd met duimschroeven; ooit een luxe, tegenwoordig een standaardvoorziening. De panelen zijn relatief licht en we hebben ze ook dikker gezien, maar ze voelen desalniettemin solide aan en torderen nauwelijks. Een handige handgreep vereenvoudigt het verwijderen.
Met het linkerpaneel eenmaal uit de weg zien we een strak zwart gespoten binnenzijde die overzichtelijk is ingedeeld. Opvallend is de bescheiden hardeschijfkooi en het ronduit enorme gat in de moederbordplaat. Dat moet het plaatsen van zelfs de meest exotisch vormgegeven backplates van CPU-koelers vereenvoudigen. Samen met een flink aantal openingen waardoor kabels geleid kunnen worden, oogt de moederbordplaat eerder als een gatenkaas dan een solide drager. Schijn bedriegt, want de plaat is ruimschoots stevig genoeg, er zit geen beweging in. Bovendien zijn scherpe randjes nergens te bekennen, wat we ook waarderen.
Er is ruimte voor zeven uitbreidingskaarten; dat is weinig vergeleken met luxere (en duurdere) modellen, die tegenwoordig acht posities al standaard bieden en soms negen of zelfs tien plaatsen te vergeven hebben. Realistisch gezien is zeven natuurlijk meer dan genoeg. Tegenwoordig is de meeste logica geïntegreerd op het moederbord en hoezeer velen ook watertanden van quad-sli opstellingen, de meesten van ons nemen genoegen met één, hooguit twee videokaarten.
Die videokaarten hebben in de 300R lekker veel ruimte, want door het beperkte harddisk rack kunnen deze tot de voorzijde van de kast doorlopen. Ondanks de relatief bescheiden diepte is er hierdoor toch ruimte voor kaarten met een lengte van ruim 41 centimeter: meer dan genoeg voor zelfs de meest extreme videokaarten. Door deze keuze heeft Corsair ook weten te vermijden dat rare constructies vereist zijn, zoals het buiten de kast vastzetten van insteekkaarten.
1 besproken product
Vergelijk | Product | Prijs | |
---|---|---|---|
![]() ![]() |
Corsair Carbide 300R
|
Niet verkrijgbaar |